Eeuwenlang heeft de paus een belangrijke rol gespeeld in de Rooms-Katholieke Kerk en daarmee ook in de maatschappij. Gedurende vele eeuwen heeft de paus de dienst uitgemaakt binnen de kerk en had hij grote invloed op zowel geestelijke als wereldlijke zaken.
Vanaf de oprichting van de Rooms-Katholieke Kerk in de 1e eeuw na Christus tot aan de hervorming in de 16e eeuw, had de paus absolute macht binnen de kerk. Hij was het hoofd van de kerk en had het laatste woord in alle theologische kwesties. Ook had de paus invloed op politieke beslissingen en kon hij koningen en keizers excommuniceren als zij zijn gezag niet erkenden.
Tijdens de Middeleeuwen was de pauselijke macht op zijn hoogtepunt. De pauselijke staten besloegen een groot deel van Italië en de paus had zelfs zijn eigen leger om zijn gezag te handhaven. Dit leidde soms tot conflicten met wereldlijke machthebbers, zoals de investituurstrijd tussen de paus en de keizer in de 11e en 12e eeuw.
Na de hervorming in de 16e eeuw verloor de pauselijke macht langzaam aan invloed. De Reformatie zorgde voor een splitsing binnen de kerk en veel landen kozen ervoor om zich los te maken van het gezag van de paus. Ook de Franse Revolutie en de eenwording van Italië zorgden ervoor dat de pauselijke staten werden afgeschaft en de pauselijke macht werd ingeperkt.
Tegenwoordig heeft de paus nog steeds een belangrijke rol binnen de Rooms-Katholieke Kerk, maar zijn macht is beperkter dan in vroegere eeuwen. Toch blijft de paus een centrale figuur binnen de kerk en heeft hij nog steeds invloed op het geloofsleven van miljoenen gelovigen wereldwijd.