Daar baden de Romeinen in
In de tijd van de Romeinen, ongeveer tweeduizend jaar geleden, was het nemen van een bad een belangrijk onderdeel van het dagelijks leven. Ook in Nederland, dat destijds deel uitmaakte van het Romeinse Rijk, waren er badhuizen waar mensen konden ontspannen en zichzelf konden reinigen.
De Romeinen brachten geavanceerde technologieën met zich mee, waaronder de bouw van badhuizen. Deze badhuizen waren voorzien van verwarmde vloeren, stoomruimtes en verschillende soorten baden, zoals warme en koude baden. Het nemen van een bad was niet alleen bedoeld om schoon te worden, maar ook om te ontspannen en sociale contacten te onderhouden.
In Nederland zijn er verschillende archeologische vondsten gedaan die wijzen op de aanwezigheid van Romeinse badhuizen. Zo zijn er resten gevonden in steden als Nijmegen, Valkenburg en Heerlen. Deze badhuizen waren vaak onderdeel van een groter complex waar ook sportfaciliteiten en winkels te vinden waren.
Het nemen van een bad was destijds een luxe die niet voor iedereen was weggelegd. Alleen de welgestelden konden zich deze vorm van ontspanning veroorloven. Voor de gewone burger was een bad nemen vaak een minder frequent gebeuren, waarbij men zichzelf thuis met water moest wassen.
Hoewel de Romeinen allang verdwenen zijn uit Nederland, kunnen we nog steeds sporen van hun aanwezigheid terugvinden in de vorm van archeologische vondsten. De badhuizen die zij bouwden, laten zien dat ook zij waarde hechtten aan hygiëne en ontspanning. Daarom kunnen we met recht zeggen: daar baden de Romeinen in.