Eenmaal op de tatami kon de koning geen kant meer op
In de wereld van het judo is de tatami een heilige ruimte waar de strijd tussen twee tegenstanders wordt uitgevochten. Voor de koning, die gewend is aan het geven van bevelen en het nemen van beslissingen, kan deze plek een ware uitdaging zijn. Want eenmaal op de tatami kan de koning geen kant meer op.
Het judo is een sport die draait om kracht, techniek en strategie. Op de tatami worden alle vaardigheden van de judoka op de proef gesteld en telt elke beweging. Voor de koning, die misschien wel gewend is aan het hebben van macht en invloed, kan het een confronterende ervaring zijn om zich te moeten overgeven aan de regels van de tatami.
Als de koning eenmaal op de tatami staat, is hij niet langer de heerser van zijn koninkrijk, maar slechts een judoka die zijn tegenstander moet zien te verslaan. De koning moet zijn trots opzij zetten en zich volledig focussen op de strijd die voor hem ligt. Want op de tatami gelden geen privileges en is iedereen gelijk.
De koning moet leren om te gaan met zijn eigen kwetsbaarheid en de onzekerheid die gepaard gaat met het betreden van de tatami. Hij moet leren om te vertrouwen op zijn eigen kracht en doorzettingsvermogen, en bereid zijn om te vechten voor wat hij waard is. Want alleen op die manier kan hij zich staande houden in de wereld van het judo.
Eenmaal op de tatami kan de koning geen kant meer op. Maar dat betekent niet dat hij geen keuze heeft. Hij kan ervoor kiezen om de strijd aan te gaan en te laten zien wat hij waard is. En wie weet, misschien ontdekt de koning wel dat hij meer in zijn mars heeft dan hij ooit had durven dromen.